# Pijl inktvis

Pijlinktvis is nu Vis van de Maand op de kalender van het Nederlands Visbureau. De ongequoteerde, snelgroeiende en kort levende pijlinktvis heeft zich de laatste jaren ontwikkeld van bijvangst tot belangrijke doelsoort. Door de gestegen eigen aanvoer is de import (vooral vanuit China, India en Frankrijk) gedaald en de export (vooral naar Italië, Spanje en Duitsland) gestegen. Het bevroren product is ideaal voor de retail in de zuidelijke lidstaten. In ons land zelf is de consumptie van de als kwalitatief zeer goed bekend staande pijlinktvis uit de zuidelijke Noordzee en Het Kanaal nog maar bescheiden. Wellicht dat de extra aandacht die het Nederlands Visbureau nu geeft die consumptie een stimulans kan geven.

Bron: visserijnieuws.nl

Wikipedia;
Pijlinktvissen danken hun naam aan hun uiterlijk. Ze hebben een langwerpige, cilindrische mantel, met aan het achterste uiteinde twee zijwaarts gerichte vinnen, waardoor ze een ‘pijlvorm’ hebben. Bij sommige soorten lopen de vinnen door tot aan de voorkant van de mantel. Ze zijn tweezijdig symmetrisch, en hebben een duidelijk ontwikkelde kop met twee ogen. Aan de voorkant van de kop, rondom de mond, dragen ze tien met zuignappen bezette tentakels. Acht daarvan zijn gewone armen, twee zijn langere vang tentakels. De kleinste soorten pijlinktvissen hebben als volwassen dier een mantellengte van minder dan 10 mm. De meeste soorten hebben een mantellengte van tussen de 20 en 40 cm, bij een massa van 100 gram tot 2 kilogram. In de Noordzee komen drie soorten vrij algemeen voor; de gewone pijlinktvis (Loligo vulgaris), de noordse pijlinktvis (Loligo forbesii) en de dwerg pijlinktvis (Alloteuthis subulata).